Op 1 februari 2024 past de NMBS/SNCB haar prijzen aan.
De TEC en de Lijn passen hun prijzen niet aan op 1 februari.
Dit heeft mogelijk een impact voor de werkgeverstussenkomst in het woon-werkverkeer van werknemers.
Wijzigingen werkgeverstussenkomst woon-werkverkeer
Trein
De tarieven voor de treinkaarten verhogen vanaf 1 februari 2024 met 5,9 %.
Sectoren die voor de tussenkomst verwijzen naar een percentage van de prijs van de treinkaart, zullen een verhoging moeten doorvoeren.
Andere sectoren passen een forfaitaire tabel toe.
De werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart wijzigde niet in 2023. Ook in 2024 is er geen aanpassing voorzien.
Voor sectoren die deze forfaitaire tabel toepassen, zal er in 2024 dus niets veranderen.
Door de toename van het telewerk ontwikkelde de NMBS een nieuwe formule: 'Flex abonnement'. Dit abonnement is interessant voor werknemers die zich 2 of 3 dagen per week verplaatsen naar het werk.
De vraag is hoe we de werkgeverstussenkomst voor deze nieuwe vorm gaan bepalen.
Een mogelijkheid zou kunnen zijn om te werken met de bijdrage voor de railflexkaart (halftijdse treinkaart), maar uiteraard is het aan de sociale partners in de NAR om hierover uitspraak te doen.
Er zouden hierover gesprekken gaande zijn.
Ander openbaar vervoer
Voor de terugbetaling van de vervoerskosten aan de werknemers die zich verplaatsen met de metro, bus, tram of waterbus geldt geen minimumafstand meer.
Hier maken we een onderscheid tussen:
de prijs in verhouding tot de afstand:
De bijdrage is gelijk aan de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart, met als maximum 75% van de werkelijke vervoerprijs;de eenheidsprijs:
De bijdrage is gelijk aan 71,8% van de prijs, die de werknemer effectief betaalt, met als maximum de werkgeverstussenkomst in de prijs van de treinkaart voor een afstand van 7 km.
De TEC en De Lijn voorzien geen aanpassingen van hun tarieven.
Heel wat sectoren voorzien afwijkende bepalingen. Het is dus van belang de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst te raadplegen.
Privévervoer
Voor werknemers die het woon-werkverkeer met eigen vervoer afleggen, verwijzen collectieve arbeidsovereenkomsten op sectoraal of ondernemingsvlak vaak naar de werkgeversbijdrage in de treinkaart. Die bedragen wijzigen niet in 2024.
Toch zijn er sectoren waar de tussenkomst wel stijgt.
Dit is het geval in sectoren waar de werkgeverstussenkomst berekend wordt volgens een percentage (volledig of gedeeltelijk) op de treintarieven.
De werkgeverstussenkomst zal op dezelfde manier stijgen als de treintarieven verhogen volgens het indexmechanisme dat in de sector is afgesproken.
Overeenkomst derde betaler
De tariefverhoging van de NMBS vanaf 1 februari 2024 heeft ook gevolgen voor de derdebetalersregeling.
Bij deze regeling betaalt de werkgever minstens 80 % van de kostprijs van het treinabonnement rechtstreeks aan de NMBS.
De werknemer hoeft zelf niets te betalen. De overheid financiert immers het resterend percentage (ten hoogste 20 %).
Fietsvergoeding
Het maximaal vrijgestelde bedrag van de fietsvergoeding verhoogde op 1 januari 2024 tot
0,35 EUR per getrapte woon-werkkilometer.
Sinds 1 mei 2023 hebben we ook een suppletieve cao fietsvergoeding voor werkgevers die geen fietsvergoeding toekennen op basis van een cao op collectief of ondernemingsvlak. Die bedraagt sinds 1 januari 2024 0,28 EUR/km.
Voor beide fietsvergoedingen geldt voor de berekening van de sociale zekerheidsbijdragen en belastingen een maximumgrens van 2500 EUR per jaar per werknemer en per werkgever. Het deel dat dit grensbedrag overschrijdt, is loon en dus onderworpen aan sociale zekerheidsbijdragen en belastingen.
Sectoren die verwijzen naar deze fietsvergoedingen, zullen de fietsvergoeding moeten aanpassen.
Er zijn ook sectoren die een afwijkend bedrag voor de fietsvergoeding voorzien. Hier is het dus ook van belang om de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst te raadplegen.
Wat betekent dit voor de werkgever?
De tarieven van de NMBS/SNCB wijzigen vanaf 1 februari 2024. Mogelijk heeft dit voor u als werkgever een impact op uw tussenkomst in het woon-werkverkeer van uw werknemers.